Djenne en terug naar Bamako

29 december 2009 - Bamako, Mali

Maandag: Djenne ? 8000 inwoners en op een drukke marktdag in het toeristenseizoen meer dan 1000 toeristen. Gisteravond op het terras van het grootste kampement in Djenne (er was helaas geen plaats voor ons in de herberg – alhoewel ik dat na een bezoek aan de toilet-annex doucheruimte niet meer zo erg vond) was er eindelijk weer wat live djembe-muziek in de tuin. We hebben dat lang moeten ontberen. Sikasso is meer de stad van de balafoon en de kalebas en in de Dogon hebben we alleen een doundoun gezien. We hadden op de pinasse natuurlijk al gegeten dus we hebben onder het genot van een biertje van de muziek zitten te genieten en we hebben de allerlaatste kamer in een ander hotel kunnen confisqueren om de nacht door te brengen.

Djenne lag vroeger dichter aan de Bani-rivier. Je moet nu met een pont oversteken en een stukje rijden naar de stad die op een eiland in de delta ligt. De stad werd heel vaak verwoest door de regens en er kwam op een dag een “maraboet” naar de stad = een soort heilige man die als intermediair optreedt tussen het volk en Allah. Hij gaf aan dat er een menselijk offer moest komen om de stad te redden van de ondergang. Dat had nogal wat voeten in de aarde tot er een meisje opstond dat zich aanmeldde. Zij is rechtop staand levend begraven in een mini-huisje aan het water en sindsdien bestaat de nieuwe stad een stukje verderop. Dat huisje (nu 4 muren) wordt nog steeds bewaakt door een nabestaande die van elke bezoeker die een foto neemt een fooi verwacht. Verder is de stad beroemd om de Sudanese architectuur van de huizen en vooral van de Grande Mosque. Dit is zo van belang dat de stad sinds 1988 op de Monumentenlijst staat van de Unesco en er (helaas voor de open riolen) niks aan het straatbeeld mag veranderen.

Buiten het toerisme is er in Djenne niet veel om in het levensonderhoud te voorzien waardoor er veel jongeren naar o.a. Mopti en Bamako trekken. Ook al omdat de grote pinasses met vracht door de verzanding van de rivier de stad niet meer kunnen bereiken. Alle huizen zijn van leem en de smalle straatjes lopen kriskras door de stad. Heel veel huizen hebben een ruimte waar een maraboet koran-onderwijs geeft aan de jonge kinderen. Zij moeten de koran-verzen (in het Arabisch – dus niet hun eigen taal) uit hun hoofd leren die ze eerst op hun schrijfplankjes hebben geschreven.

Het is net vandaag ook marktdag en van heinde en verre komen de karren (waar nu ineens paarden voorlopen i.p.v. ezels), de vrachtwagens en de vrouwen (met hun handelswaar op het hoofd) naar de stad. Een groot gedeelte is vismarkt, vooral mini-visjes uit de rivier, en we zien veel groenten – fruit – kruiden – lappen stof – en etenswaar die ter plekke wordt klaargemaakt. De grootste bezienswaardigheid van de stad is echter de Grande Mosquee. Deze is opgeleverd in 1907 en gebouwd op een plateau van 75 bij 75 m. Er staan diverse borden rond het gebouw: tot hier en niet verder voor niet-moslims. Maar als je p.p.5000 cfas uit je zak haalt is ook dat bord geen belemmering meer en mag je (als je je schoenen uitdoet) naar binnen om foto's te maken en volgt er een hele summiere uìtleg en het geld zou ten goede komen aan het arme stadje!?!?. De hele moskee werd gerenoveerd – er steken bundels palmhout uit de muur die na de regentijd worden gebruikt voor de steigers want een groot gedeelte van de lemen bouw moet worden gerepareerd na de vele regens.

Als we voor een pauze terugkomen bij het hotel blijkt dat er een grote nieuwe groep mensen op komst is die alle kamers nodig hebben. Kortom, wij moeten verkassen. Daar hebben we eigenlijk niet zo'n zin in dus ter plekke besluiten we dat we dan maar liever na de middag naar de hoofdweg willen rijden met een taxi (pont + 20 km) om een bus te kunnen nemen rechtstreeks naar Bamako. Een aantal bussen laat ons (en andere wachtenden) staan omdat ze helemaal bommetje vol zitten maar uiteindelijk even na 5 uur stopt er een bus waar, verspreid over alle stoelen, nog 3 plaatsjes vrij zijn. Maar zo werkt dat niet voor tubabs dus de grote regelaar in de bus laat diegene die naast mij zit op de plaats van Dirk gaan zitten (helaas zat hij in de koelte bij een kapotte achterdeur) zodat in ieder geval die blanken bij elkaar kunnen.

Het wordt een lange rit maar na diverse stops komen we uiteindelijk even na 4 uur in de nacht aan in Bamako. Taxi naar het (vorige) hotel waar alles in diepe rust is maar de nachtwaker heeft voor een paar uur een kamertje om te slapen en daarna kunnen we in een kamer met (een zeer lawaaierige) airco. We zijn weer op onze vaste stek.

Vanaf het dakterras gaan ik dit weer eens illegaal uploaden, straks of morgen  ga ik op jacht naar kaartjes voor het concert van Salief Keita op 31 December hopen dat het nog gaat lukken.

Groetjes en tot later Tonny en Dirk

Foto’s

1 Reactie

  1. Corrie:
    29 december 2009
    Geweldig,wij mogen meegenieten,iets minder warm dan in het echt.
    Corrie.