Dogon vervolg

26 december 2009 - Mopti, Mali

Hier volgt een groot verslag want we zijn weer in de “bewoonde wereld” (volgens onze normen dus).

Woensdag kon het echte Dogonwerk dan beginnen. We gaan ons storten in een voor ons totaal onbekende cultuur. Gisteren hebben we er al een beetje van kunnen proeven maar nu komt het echte werk. Even na Bankass moeten we van de verharde weg af. Wat rest voorlopig zijn paden waar je eigenlijk alleen te voet, per ezelkar of met een 4x4 kunt komen. Toeristen die met een touringcar reizen stappen hier dus uit en moeten kilometers lopen terwijl hun bagage voor de nacht meegaat op een ezelkar. En dan is er nog een chauffeur met een Mercedes (waar wij in zitten dus) die denkt dat hij overal kan komen. Dat lukt tot nu toe ook aardig maar in de bocht van de afslag, in het mulle zand, gaat het toch mis: we zitten vast. En dan komt de Afrikaanse behulpzaamheid om de hoek kijken. Overal vandaan komen mensen om je te helpen uit het zand vandaan te komen en het lukt ook nog.

De weg is vol kuilen, gaat langs een mini-dorpje en onderweg zien we heel veel baobab-bomen, kolossaal groot en erg oud. De boom is van een Dogon: ook al besluit hij ooit een stuk grond te verkopen, de baobabs die op die plek staan blijven voor hem. De vruchten worden gegeten maar pas op met de harige buitenkant van de vrucht: bij aanraking met de huid krijg je verschrikkelijke jeuk. Ook worden in de vruchten gaatjes geboord: dan kan het witte, droge vruchtvlees eruit en blijven de pitten achter. Resultaat: een heuse Afrikaanse sambabal die overal te koop wordt aangeboden vooral door de kinderen die ze hebben gemaakt. Het blad van de boom wordt gebruikt in de saus voor de “to” = gierstepap, het volksvoedsel hier maar ik heb en aantal schaaltjes met de brij gezien en we zijn allebei tot de conclusie gekomen dat we dat niet hoeven te proeven (ja, we zijn te verwend wat dat betreft en we lijden ook niet echt honger dus). Van de bast van de boom wordt touw gemaakt dat wordt gebruikt bij de waterputten: dit touw rot niet en gaat heel lang mee.

Na een paar kilometer komen we bij een van de belangrijkste dorpjes van de Dogon: Teli. Hier blijven we vanavond ook slapen in een campement. Binke komt hier vaker en kent dus een aantal mensen dus we krijgen een heerlijk plekje aangewezen op het dak met een afdak waar het heerlijk koel is en waar de wind een beetje door waait. In de Dogon mag je nooit zonder een lokale gids er op uit want in en tussen de dorpen zijn tal van heilige, geheime en verboden plaatsen. Betreed je die zonder gids dan kom je in de problemen (en moet je evt. een beest kopen en offeren om je ziel schoon te wassen en de geesten weer gunstig te stemmen). Dus gaat er een jongen van het campement mee om ons de Tellem-grotwoningen in de rotsen te laten zien en alles uit te leggen. Voorheen mocht je ook nog naar het gedeelte waar de schedels en botten van de overledenen liggen maar na diefstal van een schedel door een Fransman kan dat niet meer. (of de goden hem gestraft hebben?)

Het is een hele klim in de hitte en na afloop blijven we dus heerlijk relaxen en lunchen op ons dakterras voordat we rond 4 uur een kijkje gaan nemen in het volgende dorp Ende. Hier duidelijk meer commercie op straat en het dorpje is vooral bekend om de maskerdansen, vaak niet toegankelijk voor bezoekers.

We slapen 's nachts op matjes op de grond (een ramp voor Dirk blijkt, want die gaat midden in de nacht op zoek naar een bankje waar hij op kan liggen en is 's ochtends gebroken. Nu heeft hij last van allerlei onhebbelijkheden, dus we komen allemaal een keer aan de beurt.

Donderdag

Na het ontbijt (met farine = echte oliebollen met een beetje jam en men eet ze ook wel met mayonaise) gaan terug naar Bandiagara omdat we een ander deel van de Falaise (= rotswand) willen bezoeken: Sanga. Volgens de boekjes is het een redelijk slechte piste (lees: onverharde weg) van 45 km. Maar dat is zeer zachtjes uitgedrukt. Om de haverklap kuilen en stenen en zeer vaak gaat de onderkant van de auto over de grond. Voor we aankomen (de rit duurt meer dan 2 uur) ligt dus een deel van de uitlaat er onderuit.

Dirk besluit in Sanga niet mee te lopen en zoekt een koel plekje om even bij te slapen. Binke en ik gaan het hele dorp door en komen uit bij de rivier(bedding) waar de vrouwen aan het tuinieren zijn. Waar maar water is in de Dogon worden uien verbouwd (kleine witte), zo'n 2 oogsten per jaar en ik mag er ook een paar in de grond zetten. In de regentijd is er ook wel rijst.

De Dogon is een akkerbouwer (ook zijn er wevers – leerbewerkers en smeden) – de Peul (een ander volk) is een veehoeder. Als een Dogon vee heeft huurt hij dus voor het hoeden een Peul in. Sommige volkeren kijken neer op het werk van de andere gemeenschappen. In Mali is men helemaal gek op de melk uit Nederland dus wij worden ook wel de Hollandse Peul genoemd. Na Sanga is er een mogelijkheid om ook Tirelli nog aan te doen (via een nog slechter stuk weg) maar na een lekke band, die weer opgepompt wordt met een fietspomp met een auto-ventiel besluiten we dat we rechtstreeks door willen naar ons volgende campement in Songo. Voor we daar aankomen moeten we echter de band wisselen: hij is nu echt lek. Met een kapotte krik gaat dat echter niet dus wordt er gewoon een auto aangehouden die natuurlijk stopt en die de krik te leen geeft.

Uiteindelijk zijn we net voor donker in Songo. Het campement hier is bekostigd door Amerikanen en draait helemaal op zonne-energie. Dit betekent dat er na zonsondergang nog wel elektriciteit is (eindelijk weer wat apparaten opladen) maar dat er geen water uit de douche-kraan komt. Ook is er geen bereik voor de telefoons. Wassen uit een emmer dus (Afrikaanse douche), een bord spaghetti eten met een biertje erbij en op tijd naar bed. Een zeer vermoeiende dag hebben we achter de rug (ja, vakantie is soms geen pretje). Er is ook nog een klein Frans gezelschap dat Kerstavond viert met een watermeloen en ik hoor de Franse versie van Oh Dennenboom!

Vrijdag: 1e Kerstdag

Als de zon op is kunnen we onder een echte straal douchen voor we aan het ontbijt beginnen: we eten weer heerlijke oliebollen als ontbijt met een beetje jam en een kopje koffie (nee, geen stol dit jaar maar oliebollen is al wel een beetje toepasselijk voor deze tijd van het jaar). Daarna neemt een gids ons mee naar de rotswand net buiten het dorp.

In Songo worden eens in de 3 jaar de jongens uit de omgeving (aantallen tussen de 60 en 80 steeds en in de leeftijd tussen 10 en 12  jaar) besneden tijdens een 3 weken durende ceremonie. In de rotswand zijn allerlei schilderingen aangebracht in 3 kleuren: zwart = aarde – wit = de hemel – rood = het bloed (het leven). Aan de hand hiervan krijgen de jongens de grondslagen van de Dogon-cultuur bijgebracht en ook moeten ze allemaal een instrument maken van kalebas. Die worden later bewaard achter een spleet in de rotsen. Na de besnijdenis zijn ze ingewijd en worden ze beschouwd als mannen. Dan is er nog een grote run vanaf een grote boom in het dorp de rots op en de eerste 3 die aankomen krijgen een prijs: nummer 1 krijgt een graanschuur met gierst – nummer 2 krijgt een koe – nummer 3 krijgt het mooiste meisje uit het dorp ? het meisje zal al snel overlopen naar de winnaar want die heeft te eten – de jongen met de koe zal al snel zijn koe moeten verkopen om aan gierst te kunnen komen voor voedsel dus de winnaar van de race zal uiteindelijk alles hebben. Dit verhaal wordt overal uit ten treure verteld.

Na het bezoek is er rust tot de lunch en dan komt een nieuwe chauffeur ons halen voor de rit terug naar Sevare. We zijn door Willem weer uitgenodigd om bij hem te logeren en bovendien draait hij op vrijdag- en zaterdagavond film voor de hele buurt (tot aan Mopti toe = 12 km. komen er kijkers). Dat willen we niet missen dus we moeten proberen er voor 7 uur te zijn. Om 4 uur dus vertrek uit Songo maar na 1 km blijkt de radiateur lek. Het repareren (op de weg) duurt langer dan verwacht dus Binke houdt een open bestelauto aan die ons mee neemt naar de Sevare, 50 km verderop (kan de chauffeur tenminste ook nog een extraatje verdienen, altijd mooi meegenomen.

De filmavond loopt storm: muziek van Michael Jackson – een kort filmpje met de kinderen van het erf die elke week live-muziek maken op straat in Mopti om een zakcentje te verdienen – een hilarische film met Laurel en Hardy (inderdaad de Dikke en de Dunne) – en het tweede deel van een film die de vorige week was gedraaid. Overal op de grond voor het scherm zitten kinderen en groten, op de stoelen en de banken is het vol en dan nog rijen dik aan de zijkanten. Prachtig om te zien. Na afloop nog een gezellig uurtje samen met een biertje en dan nog even op het dakterras de email bekijken en alvast een eerste stukje op de reislogger zetten.

De Dogon: een fantastische en enerverende maar ook een vermoeiende ervaring!!!!!!!!

Zaterdag

Een rustige dag. Na het ontbijt gaan Dirk en Binke naar Mopti om uit te zoeken hoe we zondag de reis gaan voortzetten naar het zuiden. We gaan naar Djenne, aan de Bani, een zijrivier van de Niger en willen dat eigenlijk, als het mogelijk is, doen met een pinasse: een soort grote houten kano of anders met een boot waar ook vracht mee wordt opgeladen. De reis duurt de hele dag over water. Lukt dat niet dan verplaatsen we ons gewoon weer per bus. Ik besluit thuis te blijven om te schrijven en verder te niksen en om de zeer droge voeten eens te behandelen: de hele dag met blote voeten in sandalen door al dat stof zorgt voor veel kloven. Gelukkig is hier een zeer goed middel voor: creme van kariteebonen We zijn hier ondertussen al 2 weken en de tijd vliegt.

tot de volgende reislogger en groetjes uit Sevare: Dirk en Tonny

 

P.S morgen gaan we dus met een pinasse over de rivier naar Djenne. Om 7 uur worden we verwacht want de hele excursie inclusief enkele stops duurt tot ongeveer 18.00 uur. We zijn heeeeeeeeeel benieuwd!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!

5 Reacties

  1. Sandra:
    26 december 2009
    Nou, dat klinkt enerverend en vermoeiend! Wij hebben 1e en 2e kerstdag achter de rug met lekker eten (geen oliebollen!). Nu nog even rustig aan doen en dan gaan wij ook op reis!
  2. maya lex en randall:
    27 december 2009
    Hallo tony en dirk hier een bericht uit ypenburg den haag,ik heb begrepen dat het weer een heel andere reis is met weer nieuwe ontdekkingingen en ontberingen.
    ik hoop dat alles goed gaat en dat je er ook van geniet wij wensen je dan ook alvast een prettig uiteinde en een spannend begin in 2010 tot gauw doeiiiiiiiiiiii
  3. Hilde:
    27 december 2009
    Leuk, zo'n lange reisbeschrijving. Ben nu al benieuwd naar de reis over de rivier, die jullie nu bevaren.
    Geniet er nog van, de komende weken!
    H&H
  4. Ria:
    27 december 2009
    Hallo Tonny en Dick, wat een spannende verhalen super leuk om te lezen ben benieuwd naar de volgende.
    Het is nu zondag 27 december ik ben in afwachting van de familie we gaan met 16 fonduen.
    groetjes Piet en Ria.
  5. yolanda:
    28 december 2009
    Hoi Tonny en Dirk
    Wat een leuk reisverslag zeg,ben benieuwd hoe het verder gaat ,met de pinasse en zo ,wel vermoeiend zeg in die hitte,je zult misschien wel blij zijn als je straks hier in de kou bent ,ha ha.
    Alvast een fijne jaarwisseling wel apart hoor daar helemaal in Mali. Ennuh de oliebollen die heb je al binnen.Liefs yolanda